Net zoals vorig jaar om deze tijd vertrokken we zaterdag opnieuw naar Beieren. Deze keer een andere regio: Mittenwald in het Karwendelgebergte. Wij zijn slow travelers en maakten een tussenstop in Stuttgart waar we in de late namiddag aankwamen na talloze Baustellen, een grote Umleitung en Stau. Die omleiding was trouwens geen straf. We hebben een mooi stuk van de Hunsrück gereden. De lucht was blauw, de zon scheen en de forsythia bloeide uitbundig, net zoals diverse bloesems.
Van winter was er in Stuttgart absoluut geen sprake. Toen we ’s avonds de stad in trokken om te eten was het nog zeventien graden en zaten de terrasjes overvol.
Ook in Mittenwald, waar we zondag in de vroege namiddag aankwamen, leek de winter ver weg. Een heel verschil met onze vakantie van vorig jaar. Wel jammer, eerlijk gezegd, ik had gehoopt op nog eens een sprookjesachtige witte wereld.
We waren snel ingecheckt in het geboekte Gästehaus en nadat we ons geïnstalleerd hadden in onze kamer met, vanop ons balkon, prachtig zicht op het besneeuwde Karwendelmassief, maakten we al een eerste – zeer winderige – wandeling in het dorp.
We zochten en vonden een restaurant waar we heerlijk dineerden en brachten de rest van de avond door op onze kamer met de laatste aflevering van Kamp Waes en de eerste van Juliet. Hoera voor Chromecast!
Mittenwald zit geprangd tussen verschillende bergen en maandag werden we wakker met blauwe lucht en de zon die op de Kranzberg scheen. Er zijn slechtere uitzichten om wakker mee te worden.
Na een lekker ontbijt en nog even lummelen op de kamer trokken we onze wandelschoenen aan en reden we naar Grainau waar we een rondje Eibsee zouden wandelen. De Eibsee ligt aan de voet van de Zugspitze. Alleen al de rit er naartoe was de verplaatsing waard.
We begonnen, zoals gewoonlijk, met koffie op het terras van het Eibsee Pavillon. Heerlijk zitten daar in het zonnetje. Voor vertrek had ik nog even getwijfeld: doe ik mijn dikke jas aan of mijn dunnere? Gelukkig had ik voor de dunnere jas gekozen en al na een half uur wandelen (klimmen en dalen, pfff) ging de jas in de rugzak. Hoewel ik weer flink gevloekt heb, heb ik toch ook heel hard genoten van de wandeling. Wat was het daar mooi! Het meer in al zijn glorie, soms groen gekleurd, dan weer blauw. En altijd de besneeuwde bergtoppen in de buurt en vergezeld van zon en blauwe lucht.
Acht en een halve kilometer was het rondje. Voor een eerste wandeling vond ik dat al heel flink van mezelf.
Na de lunch in het Eibsee Pavillon – alweer op het terras in de zon – zijn we nog even gestopt in Garmisch-Partenkirchen en hebben we daar nog een klein rondje gelopen in de stad.
En dan terug naar ons Gästehaus. Ondertussen zaten de bergtoppen volledig in de wolken … benieuwd wat voor weer we de volgende dagen gaan krijgen.
~~ wordt vervolgd ~~
De bergen, altijd mooi.
BeantwoordenVerwijderen8km is inderdaad flink gestapt :-)
Altijd mooi inderdaad.
Verwijderen