dinsdag 12 februari 2019

Costa Rica

Costa Rica stond al een hele tijd op onze bucket list. Schitterende natuur, dat spreekt ons wel aan. Toch waren er wel een aantal zaken die vooral mij tegenhielden:

  1. de lange vlucht (minimaal 16 uren - toen nog met tussenstop in Panama of in de VS)
  2. het tijdsverschil van 7 uren
  3. de hitte en de hoge luchtvochtigheid.
Daarom heeft het nog tot in 2019 geduurd voor ik de stap durfde te wagen. De lange vlucht was inmiddels teruggebracht tot 11 uren en 45 minuten (KLM vliegt in de winter rechtstreeks naar San José). Toch al beter behapbaar. En de hitte, die had ik deze zomer in ons eigen kikkerlandje ook getrotseerd.

 
Dit was wel een reis buiten onze comfortzone, om het met een actueel woord te uit te drukken. Het werd een groepsreis waarbij ik de regie helemaal uit handen moest geven. Moeilijk, maar gezien de medische problemen van echtgenoot van het afgelopen jaar kon het nu even niet anders. Na afloop kan ik alleen maar concluderen dat het ons 100% is meegevallen. Wij kijken terug op een mooie, boeiende maar ook wel erg vermoeiende reis.

11 januari ... Na een vlucht van maar liefst 9.389 kilometer komen we om 19u15 plaatselijke tijd aan in San José waar onze reisleider Bertus ons al staat op te wachten. Korte tijd later, als onze reisgenoten ons vervoegd hebben, brengt chauffeur Jorge - hij is onze vaste chauffeur tijdens de hele reis - ons naar hotel Balmoral in San José waar we een nacht kunnen bekomen van de lange reis. Verder zien we van San José niets, maar het zou ook niet echt een interessante stad zijn.

De volgende morgen worden we, na een ontbijt met o.m. het typisch Costaricaans gerecht gallo pinto (rijst met bonen), al om 7u30 terug bij de bus verwacht voor de 130 km lange rit naar La Fortuna (provincie Alajuela). In België/Nederland een uurtje ... in Costa Rica drie lange uren. Maar de weg die we rijden is prachtig. Hij voert dwars door het Parque Nacional Braulio Carillo, door de bergen en nevelwouden van de centrale vulkanische vallei. Onze eerste ervaring met een nevelwoud en onze eerste (en vrijwel enige) tropische regenbui. Kort maar krachtig.


Onderweg bezoeken we in de buurt van Sarapiquí de bananen- en ananasplantage op de Finca Sura van de familie Gómez. Buiten ananas en bananen worden er ook op kleine schaal andere vruchten geteeld (o.a. guanabana, lekker!), en diverse kruiden zoals kaneel, kruidnagel, peper en kurkuma. Het is geen grote plantage en Rodolfo exporteert niet. Alles is voor de locale handel en voor eigen gebruik. We krijgen een uitgebreide rondleiding en proeverij, spotten onderweg vlinders, leguanen en gifkikkertjes. Het lijfje van deze 'blue jeans' kikkers is ongeveer anderhalve centimeter lang maar ze zijn dodelijk als hun gif in je bloedbaan terecht komt. 's Middags genieten we er van een lunch met zelf gevangen tilapia en verse groenten en fruit uit Rodolfo's eigen tuin. Nooit meer ergens zo'n lekker sappige ananas gegeten.


Tegen half vijf komen we aan in La Fortuna en installeren we ons in een gezellige cabaña in hotel Arenal Montechiari met prachtig zicht op de Arenal vulkaan ... bedekt door een dik pak wolken. We verkennen het mooie domein en gaan op tijd naar bed want de volgende morgen staat er weer een lange rit op het programma: we gaan varen op de Rio Frio in Caño Negro, tot aan de grens met Nicaragua. Na de twee uur durende busrit naar Los Chiles genieten we van een mooie rustige vaartocht waarbij we veel kaaimannen en veel vogels zien, maar ook schildpadden, leguanen en luiaards. Als we terug bij het hotel komen zit de top van de Arenal nog altijd in de wolken.


Maandagmorgen opnieuw om 7u30 op post en onze laatste kans om de Arenal in al zijn glorie te bewonderen want vandaag rijden we verder naar Rincón de la Vieja (provincie Guanacaste). En we hebben geluk, want net voor we onze cabaña afsluiten verdwijnt de laatste sliert wolk.


Onderweg doen we een twee uur durende hangbruggenwandeling in het Mistico park. We hebben er weinig dieren gezien ; het was er vooral heel groen en er vielen af en toe wat verdwaalde druppels. We zitten hier natuurlijk nog altijd aan de Atlantische zijde van de Cordillera Central waar het het gehele jaar door regent. Eens we de cordillera over zijn, schijnt de zon en is het broeierig heet.


Nadat we onze intrek hebben genomen in onze cabaña in de Buena Vista Lodge haasten we ons naar de mirador met uitzicht op de vallei en de Pacific Ocean in de verte om te genieten van een lekkere cocktail en van de zonsondergang.


We hebben de hele dinsdag vrij om te genieten van alles wat het grote domein te bieden heeft. Een aantal medereizigers gaat paardrijden, nog anderen doen een 10 km wandeling naar de watervallen en samen met een reisgenote verken ik het domein. We zitten wat aan het zwembad, gaan koffie proeven in de koffiebranderij en nemen vooral heel veel foto's!


's Avonds, na sluitingstijd, zijn exclusief voor onze groep de hot springs en de spa geopend. We smeren ons in met vulkanische modder, spoelen ons af onder een koude douche en gaan dan de thermale baden in. De thermische warmwaterbronnen ontspringen uit de diepte van de vulkaan Rincón de la Vieja. Het water is kristalhelder en de verschillende baden hebben ook verschillende temperaturen. Het is heerlijk genieten hier in het hart van het weelderige tropische woud. Na een deugddoende massage door Doña Rosa sluiten we de dag af met een barbecue.


Woensdag mogen we uitslapen en vertrekken we pas om 8u30 naar onze volgende bestemming: Sámara (provincie Guanacaste) aan de Pacific Ocean. Maar eerst doen we nog een flinke wandeling in het Parque Nacional Rincón de la Vieja. Droog savannewoud deze keer, met totaal andere bewoners: slingerapen, dikke vette padden, veel vlinders, bladmieren, spinnen, slangen, langneusvleermuisjes, toucans en andere vogels, bijzondere bomen zoals de wurgvijg en de pochote, geisers en modderpoelen. En vooral veel muggen en bloedzuigertjes!


Kort na de middag checken we in in het wel zeer eenvoudig hotelletje Sámara Beach. Maar het is uitstekend gelegen in het kleine sfeervolle dorp, op 2 minuten wandelen van het witte strand. Sámara heeft een geweldig leuke tropische vibe. Op het strand vind je een reeks barretjes en restaurantjes en als je een drankje bestelt kan je de hele dag gratis gebruik maken van een ligbed of een hangmat. Dat is dan ook wat wij de volgende dag gedaan hebben. Maar we hadden 's morgens om 7u - nog voor het ontbijt - al een strandwandeling gemaakt want overdag was het echt bloedheet. En de twee avonden in Sámara dineren manlief en ik - tête-à-tête - letterlijk met de voeten in het zand.

Stel je trouwens niet te veel voor van de Costaricaanse keuken. Die beperkt zich tot arroz con pollo / arroz con pescado (rijst met kip of vis) en bakbanaan en/of bonen. Bonen komen in elke maaltijd terug. Maar natuurlijk zijn er - dankzij het toerisme - ook Italiaanse en Aziatische restaurants waar je heel lekker kan eten. Arroz con pollo is trouwens ook niet slecht, maar na een tijdje wel eentonig.


Vrijdag na het ontbijt rijden we via Nicoya, waar we tijdens een koffiestop rode en blauwe ara's zien, naar Palo Verde (provincie Guanacaste) waar we twee nachten zullen verblijven in de Hacienda La Pacifica. Opnieuw een mooi domein waar we weer andere dieren tegenkomen: wilde reetjes, agouti's en vooral heel veel brulapen die ons halve nachten hebben wakker gehouden. Ze maken een geluid dat onmogelijk te beschrijven is, maar zelfs de beste oorstoppen houden het niet tegen.


Zaterdag, onderweg voor onze boottocht op de Bebedero, passeren we tussen de verschillende kleine dorpen met kleurrijke huisjes kilometerslange rijst- en suikerrietvelden. Tijdens de boottocht zien we veel leguanen, jezus christus hagedissen en krokodillen. En eens we in de mangroven varen heel veel verschillende water- en andere vogels.


De volgende dag rijden we naar Manuel Antonio (provincie Puntarenas). We gebruiken de Pan-American Highway, een tweebaansweg, tegen een maximum snelheid van 80 km per uur. Het is een lange rit en het gaat voor geen meter vooruit. We stoppen nog aan de Tarcoles rivier waar talloze krokodillen op de oevers liggen te slapen. De combinatie lange dagen, slecht slapen, hitte en hoge luchtvochtigheid begint me stilaan op te breken.


We verblijven twee nachten in hotel Tabulia Tree. Onze 'villa' ligt vrij hoog op het domein en het is er heter dan heet. Gelukkig rijdt er een mannetje met een golfkarretje over het terrein om ons steeds naar onze kamer te brengen. Maar eerst gaan we nog een wandeling maken in het Parque Nacional Manuel Antonio. Er gaat een gids met ons mee met een telescoop verrekijker. Fantastisch hoe je dan de kleinste details van de dieren kan zien. Veel luiaards in het park, roze lepelaars, roofvogels en slingerapen. Aan het einde van de wandeling komen we op het mooie witte strand waar het krioelt van de troepen capucijneraapjes. Ze zien er toch zo onschuldig uit ...


Op zondag hebben we de gelegenheid om te gaan zip-linen. Weer om zes uur opstaan. Wij bedanken ervoor en willen liever wat uitslapen, en nadien een paar uurtjes aan het zwembad zitten. In de namiddag maken we met zijn allen een boottocht op zee met een trimaran, met muziek, eten en drank. Heel gezellig en ontspannend, en we genieten van de spectaculaire zonsondergang. 's Avonds vieren we met ons gezelschap de 65ste verjaardag van mijn echtgenoot met een mooie en lekkere chocoladetaart aangeboden door de reisleiding.


De volgende ochtend aan het ontbijt worden we begroet door doodshoofdaapjes. Weer volgt er een lange rit van Quepos via San José en Braulio Carillo naar Puerto Viejo de Sarapiquí (provincie Heredia) in de Caribische laaglanden, waar we één nachtje gaan logeren in de Ara Ambigua Lodge om de lange rit naar Tortuguero te breken. Het is een eenvoudig hotel, maar wel weer met een mooie tuin met veel bloemen waar we die avond de typische kikkers met rode ogen zien in de kikkertuin. Het is er zeer groen, zeer vochtig en zeer heet.


Onze laatste twee nachten brengen we door in Tortuguero (provincie Limón), aan de Atlantische Oceaan. Je kan er alleen komen per boot, maar eerst hebben we nog een lange rit met de bus voor de boeg. Onderweg stoppen we bij de gigantische bananenplantage van Del Monte waar we zien hoe er een partij bananen ingepakt wordt voor transport naar de haven van Antwerpen. Na de busrit nog anderhalf uur per boot naar de Laguna Lodge. Oh rampspoed ... geen airco in de kamers! Maar ook geen glas in de vensteropeningen, alleen muggengaas. Zo kan het, mits wat wind, toch wat doorwaaien. In de namiddag maken we een wandeling in het dorpje Tortuguero. Buiten wat souvenirwinkeltjes en een enkele bar/restaurant is er niet veel te zien. Ook het strand is niet echt aantrekkelijk met zijn zwart vulkaanzand.


Op onze laatste volledige dag maken we een boottocht in het Parque Nacional Tortuguero. We vertrekken met een beetje regen maar al snel klaart het op en het is drukkend warm - gevoelstemperatuur 39° zie ik op mijn telefoon. Weer zien we allerlei dieren, vooral heel veel vogels, maar bij mij is de fut eruit en ik heb het allemaal wel gezien. De namiddag brengen we door in de schaduw aan het zwembad en 's avonds hebben we nog een drink van de reisorganisatie. Daar wisselen we mailadressen uit met onze reisgenoten en bereiden we ons voor op de lange reis terug naar San José en vervolgens de nachtvlucht naar Amsterdam.


¡Pura Vida!