zondag 3 oktober 2021

Zes weken vakantie (1)

 

Zes weken vakantie – 1

Disclaimer: ik schrijf dit verslag in de eerste plaats voor mezelf. Iedereen mag meelezen maar hou er rekening mee dat het lang en gedetailleerd is. Ik heb dan wel geen chemo gehad maar ik heb wel een chemobrein en wil niet na 2 weken al alles vergeten zijn. Vandaar.

————————————————

Onze eerste week vakantie is al voorbij. Daarvan zijn we zes dagen onderweg geweest. Ondertussen zijn we ook al geacclimatiseerd in de penthouse die we gehuurd hebben in Guardamar del Segura (zuidelijke Costa Blanca). Alleen de omgeving moeten we nog even verkennen, maar daar hebben we nog tijd voor.

Hoe is dat nu verlopen, zo’n lange reis van 2.000 kilometer eer we op onze bestemming waren?

Eigenlijk niet veel anders dan andere autovakanties. Alleen waren de tussenstops korter en hadden we hier na 2.000 km een doel waar we wat langer verblijven dan normaal tijdens een rondreis met de auto.

Ik had vooraf twee B&B’s en een hotel geboekt voor onze tussenstops. Ik ben geen fan van B&B’s (heb liever de privacy van een klein hotel) maar als we een stad ‘doen’, dan wil ik ook IN de stad logeren en de hotels daar waren zodanig duur dat ik die knop in mijn hoofd maar snel heb omgedraaid. En met de corona vielen de B&B’s heel goed mee want we hadden geen contact met de andere gasten en hoefden niet te socializen.

Dag 1
Rit van thuis naar Dijon – 580 km
Al vóór 9 uur zaten we op zondagmorgen 26 september in de auto, gepakt en gezakt. We hebben zo’n grote auto en toch was het weer passen en meten om alles erin te krijgen. Er moest zelfs nog een koffer op de achterbank.

Waze stuurde ons langs Reims. Claire, onze GPS madam, dacht er anders over en wilde over Parijs. We hebben haar heel snel het zwijgen opgelegd. Waarom zouden we meer dan 100 kilometer gaan omrijden?

Het was rustig rijden en de rit verliep heel vlot. Het was natuurlijk ook zondag, dat scheelt. Heel afwisselend weer: veel grijs met hier en daar een buitje, af en toe wat blauw en zelfs een streepje zon. Terwijl ik aan het stuur zat keek manlief op zijn telefoon naar het WK wielrennen.

Om 15u stonden we al geparkeerd aan de B&B, maar we konden pas tussen 17 en 18u inchecken. We zijn dan maar de stad ingetrokken en hebben op een zonnig (23°) terras een lekker glas Viré-Clessé gedronken. We zitten tenslotte in de Bourgogne. Nadien naar het Office de Tourisme voor een stadsplan waarna we de bewegwijzerde stadswandeling gedaan hebben. Dijon is veel kleiner dan ik dacht en rond 18u hadden we de hele stad met zijn vele kerken doorkruist.

Ingecheckt in de wel zeer bijzondere B&B van Yuka. Het 18de eeuws gebouw ligt midden in het historisch centrum van Dijon. De eigenaars zijn een zeer apart Frans-Japans koppel. Alain – pianobouwer – is gepassioneerd door antiek en alle meubels in de gastenkamers zijn door hem eigenhandig gerestaureerd. Wij hadden de kamer Renaissance met antiek four poster bed. Eigenlijk was de kamer een samenraapsel van verschillende stijlen met veel te veel brocante prullaria naar onze goesting (wat een werk om dat proper te houden, en het wás proper) en niet echt onze smaak, maar ze was heel ruim – zo groot als onze living thuis – met een apart slaap- en zitgedeelte. Alles erop en eraan, super rustig, hedendaagse grote badkamer, heerlijk bed en goed te verduisteren door de rolluiken aan de ramen. Het ontbijt werd ’s morgens op het gevraagde uur door Yuka op de kamer gebracht. Normaal vinden we het niet prettig om op de kamer te eten, maar in dit geval hadden we eigenlijk een apart soort livinkje en dat was helemaal okee.

’s Avonds terug de stad in om te eten bij Le P’tit Bouchon waar ik een visje gegeten heb waar ik nog nooit van gehoord had: ‘perche rouge’. Een vis met de kleur van tonijn maar met een totaal andere smaak en structuur. Het visje was lekker maar van het restaurant had ik meer verwacht gezien de 4.5 sterren die ze kregen op Tripadvisor.

Ook al overal onze Covid pas moeten laten zien. Van mij mogen ze dat in België ook invoeren. Mondmaskers zijn hier ook nog verpicht bij binnen- en buitengaan en opstaan van je stoel, maar daar hebben we niet veel van gemerkt …

Dag 2
Het was de bedoeling om Dijon verder te verkennen, maar aangezien we overal al geweest waren hebben we de kans benut om de Route des Grands Crus de Bourgogne te rijden. We weten tenslotte niet of we hier ooit nog gaan komen (FOMO stak de kop weer op).

Wat een drukte op de wijngaarden! De vendange is volop bezig. Veel van die speciale smalle tractoren op de weg en busladingen seizoensarbeiders in de wijngaarden. Allemaal met een grote seau op de rug die, als hij helemaal vol is, tot 70 kilo kan wegen. Aldus het babbeltje dat ik maakte met de man die op een aanhanger de druiven in ontvangst nam.

De volledige route, van Dijon tot in Nolay, is 60km lang en doorkruist 37 dorpen. Het was prettig cruisen op de smalle D-wegen (zou ook te doen zijn met de fiets) en op zo’n momenten mis ik mijn cabrio wel. Wij zijn tot in Beaune gereden en hebben daar een stadswandeling gemaakt en het Hôtel Dieu (Musée Hospices de Beaune) bezocht. Vanwege covid waren er geen audiogidsen beschikbaar maar wel gedetailleerde brochures, zowaar ook in het Nederlands! Het prachtige gebouw deed vanaf de 15de eeuw tot in de de jaren ’80 van de 20ste eeuw dienst als hospitaal voor armen, ouderen, invaliden, wezen, zieken, zwangere vrouwen. Verzorging was gratis.

Een proeverij was er helaas niet bij tijdens onze rit langs de châteaux en wijndomeinen. Er waren er weinig open (wel voor vente maar niet voor dégustation – vanwege de drukke plukperiode???) en té gevaarlijk als je met de auto onderweg bent. Wel een lekkere Savigny-lès-Beaune 1er cru gedronken bij de lunch. De wijn was duurder dan de maaltijd, maar hij was het waard.

’s Avonds gegeten bij Le Pré aux Clercs (brasserie-keten van 3* chef Georges Blanc). Zoals verwacht zeer lekker en naar Belgische normen redelijk van prijs. Alleen de wijnen … top wijnen op de kaart tussen 200 en 500 euro per fles … Wij hebben het gehouden op een glas Mâcon-Azé bij onze saumon fumé en ‘Minute de Dorade’ van het menu ‘Image de saison’.

Dag 3
Rit van Dijon naar Pézenas – 540 km
Dinsdag na het ontbijt, stipt om 8u30 gebracht door Yuka, met de nodige buigingen (eens Japans, altijd Japans?), vertrokken we bij een temperatuur van 15 graden. Het was al een pak drukker op de baan en veel travaux. Maar eigenlijk viel het nog best mee voor een weekdag. Zelfs de tunneltjes in Lyon hebben we vlot kunnen rijden (périphérique fermé). Ik had nog wel thuis voor vertrek een badge voor de péage gekocht zodat we daar tenminste snel door konden en niet altijd onze creditcard moesten gaan zoeken. Het ding is ook geldig in Spanje, Portugal en Italië trouwens.

Hoe verder we vorderden in zuidelijke richting hoe warmer het werd. Het was 26 graden toen we om half vijf onze auto parkeerden bij de B&B in Pézenas. Zalig!

Hele mooie B&B, totaal andere stijl dan de vorige. Meer ons ding. Een groot huis, helemaal strak gerenoveerd, met privé parking voor de deur. Sympathieke dame die ons ontving, op blote voeten en met hun zoontje Marius van 3 op de arm. ‘Faites comme vous êtes chez vous’, zei ze.

Prachtige ruime kamer, in natuurlijke tinten, alles in de Zara Home stijl. Ik voelde me direct thuis. Terras, zwembadje in de tuin, en hoewel het niet verwarmd was, heeft manlief toch nog een plons genomen. Hij kan het echt niet laten. Als hij water ziet, dan moet hij erin!

Na de korte plons de ‘stad’ (ter grootte van een flink dorp) in getrokken, wijntje gedronken en restaurant uitgezocht. Het werd Chez Hansi waar we lekker buiten hebben gegeten. 3-gangen keuzemenu, karaf wijn, water, koffie voor 55 euro voor ons twee. Daar kunnen ze in België nog wat van leren.

Dag 4
’s Morgens stond de tafel al voor ons gedekt in de ontbijtruimte en in de koelkast vonden we alles wat we nodig hadden om de dag door te komen. ‘Faites comme vous êtes chez vous’ werd hier heel letterlijk genomen. Laure had ook lekkere koffie gezet en kwam ons een goeiemorgen wensen, met in haar kielzog de kleine Marius die honderduit babbelde.

Ontbijtruimte

De hele dag was een trip down memory lane. In de voormiddag hebben we Cap d’Agde nog eens bezocht en herinneringen opgehaald. We hebben in de jaren ’80 zo dikwijls onze vakantie doorgebracht in Cap d’Agde. Ik herkende er niks meer, behalve het blok met (Franse) toiletten aan de Plage de la Roquille.

Nadien zijn we doorgereden naar Béziers waar we vroeger ook vaak kwamen. Eerst lekker geluncht bij Tuto Mondo (14.50 euro voor een dagschotel met vier rouget filets, bisque en ratatouille. Heel lekker!
Daarna naar het Office de Tourisme waar de dame vroeg van welke région we kwamen. Toen ik zei dat we van Belgique kwamen vroeg ze of ik een brochure wou ‘en français ou en Vlaams‘. Straf.

Dag 5
Rit van Pézenas naar Tarragona – 390 km
Een korte rit. We waren al kort na de middag ter plaatse en konden direct in onze kamer. Wat een mooi hotel en wat een prachtige, luxe kamer! Ik kan daar zo blij van worden hoewel wij een hotelkamer uiteindelijk alleen gebruiken om te slapen en te douchen.

Ik had op voorhand gezegd dat ik de hele middag aan het zwembad ging relaxen. Mocht wel eens na alle sightseeing van de afgelopen vier dagen. Maar toen ik uit het raam van onze kamer keek en de opgravingen zag aan de overkant van de straat, en verderop enkele mooie kerktorens, veranderde ik heel snel van gedacht. Maar eerst even lunchen op het dakterras-met-plunge-pool. Het schitterende uitzicht op de zee en op de stad kregen we er gratis bij.

Ik vond Tarragona best een interessante stad met veel historische monumenten. Onze kamer keek uit op de ruïnes van het oude Tarraco uit de Romeinse tijd (UNESCO werelderfgoed). De ruïnes bestaan uit 14 aparte bouwwerken, die als één archeologische verzameling worden beschouwd. Andere bezienswaardigheden zijn de kathedraal, het amfitheater, het Romeins circus, het aquaduct, en nog zoveel meer. Eigenlijk was onze tijd hier wat te kort en het was heel erg warm zodat we om 18u een eind gebreid hebben aan onze stadswandeling en alsnog op het dakterras van ons hotel hebben gerelaxt tot de zon onder was.

Eten doen ze in Spanje pas vanaf 20 uur. We hadden dus nog even tijd om een restaurant uit te zoeken. Mét terras, want het was nog meer dan warm genoeg om buiten te zitten. Heerlijk gegeten voor geen geld. Een glas cava, een 3-gangen keuzemenu inclusief een halve liter huiswijn of water per persoon voor 19.90 euro. Ik heb tegen de garçon gezegd dat hij dringend zijn prijzen naar boven moest doen. Je vraagt je af hoe ze daar nog iets op kunnen verdienen (salade caprese, 2 flinke zeebaarsfilets met warme groenten, crema catalana).

Dag 6
Rit van Tarragona naar Guardamar del Segura – 460 km

Uitgeslapen tot bijna 9 uur. Ik had het nodig!
Na een uitgebreid ontbijt op weg voor onze laatste etappe. Er valt niet veel over te zeggen. We hebben niet eens gestopt onderweg om te eten. ’t Is te zeggen, we hebben wel gestopt maar we hebben niet gegeten, of toch niets fatsoenlijks, om de simpele reden dat er niks open was op de autostrade. In de benzinestations kon je terecht voor wat snoep, maar dat was het dan ook. Gelukkig had ik nog een paar potjes yoghurt van de dag ervoor.

En hier zijn we dan, in een spiksplinternieuwe penthouse die, ter info, niet van ons is. Hier blijven we de hele maand oktober. Dat is tenminste de bedoeling.

Oh ja, voor ik het vergeet, het is hier overdag zo’n 28 graden! 🌞

Geen opmerkingen:

Een reactie posten